Dit hangt af van jouw persoonlijke situatie en wordt vastgelegd door de gemeente waar je woont. Allereerst vindt er een gesprek plaats, dat heet een keukentafelgesprek. In dit gesprek bespreek je samen met een Wmo-consulent wat je zelf nog kunt, welke hulp je nodig hebt en welke ondersteuning familie of andere mensen in je omgeving kunnen bieden.
De gemeente kijkt niet alleen naar wat er in huis gedaan moet worden, maar ook naar jouw gezondheid, leeftijd, belemmeringen en hoeveel ondersteuning je direct nodig hebt. Soms worden er standaardnormen gebruikt, bijvoorbeeld voor hoeveel uur er per week nodig is in het huishouden. Er wordt bijvoorbeeld gekeken naar schoonmaken, wassen, koken, en boodschappen doen.
Op basis van alles wat besproken is, krijg je een indicatie van het aantal uren huishoudelijke hulp via de Wmo. Het kan zijn dat de gemeente voorstelt om bepaalde taken anders te regelen of dat je minder uren krijgt dan je had gedacht. Het doel is dat jij op een veilige en schone manier thuis kunt blijven wonen, met hulp die echt bij jouw situatie past.
Wat is Wmo huishoudelijke hulp en wat bepaalt het aantal uren?
De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is een vangnet van de Rijksoverheid (bron: Wikipedia, Wmo) en Nederlandse gemeenten, bedoeld om zelfstandig wonen en functioneren mogelijk te maken voor iedereen die dat niet meer zonder hulp kan. Gemeenten – zoals Amsterdam, Haarlem en Rotterdam – zijn verantwoordelijk voor het organiseren van voorzieningen rond huishoudelijke hulp, begeleiding en maatschappelijke participatie. Het aantal uren huishoudelijke hulp dat je via de Wmo krijgt, wordt bepaald via een zorgvuldige indicatieprocedure door het Wmo-loket van jouw gemeente.
Stappen van het Wmo-proces voor huishoudelijke hulp
Bij het aanvragen van huishoudelijke ondersteuning via de Wmo komt meer kijken dan simpelweg een formulier invullen. Van een keukentafelgesprek tot het opstellen van een zorgplan, deze stappen zijn leidend:
- Aanvraag indienen bij het Wmo-loket: Zelf of samen met een mantelzorger meld je je aan bij het gemeentelijke Wmo-loket voor huishoudelijke ondersteuning.
- Keukentafelgesprek: Een Wmo-consulent, vaak met kennis van de landelijke richtlijnen zoals vastgesteld door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), bespreekt je situatie uitgebreid tijdens een huisbezoek.
- Beoordeling van de zelfredzaamheid: Met behulp van de Zelfredzaamheidsmatrix en tools als het ICF-model van de World Health Organization, kijkt men naar je behoeften, beperkingen, en sociale netwerk.
- Indicatiebesluit op basis van normtijden: De gemeente hanteert landelijke of gemeentelijke richtlijnen, zogenaamde normtijden, om het aantal uren benodigde hulp te bepalen.
- Beschikking en start van zorg: Je ontvangt een beschikking met het besluit. Bij akkoord start de huishoudelijke hulp, vaak via een thuiszorgorganisatie zoals De Zorgpilaar.
Factoren die invloed hebben op jouw Wmo-indicatie
Welke factoren wegen mee bij het bepalen hoeveel uur huishoudelijke hulp je krijgt via de Wmo? De Wmo-consulent maakt een complete inschatting aan de hand van:
- De omvang van het huishouden: Eenpersoonshuishouden vraagt minder schoonmaak dan een gezin met kinderen.
- Aard en ernst van je beperking: Chronische ziekten, lichamelijke beperkingen of psychische problemen kunnen het aantal benodigde uren verhogen.
- Aanwezige mantelzorg: De inzet van partner of kinderen telt mee; welke taken kunnen zij overnemen en wat blijft er over?
- Type woning: Appartementen vergen minder schoonmaak dan ruime eengezinswoningen of woningen met veel trappen.
Professionele zorg aan huis, snel geregeld en afgestemd op jouw situatie.
Rekenmodellen en normtijden voor huishoudelijke hulp
Gemeenten hanteren normtijden, gebaseerd op objectieve rekenmodellen, om taken als stofzuigen, ramen lappen en sanitair schoonmaken te kwantificeren. Deze normtijden verschillen vaak per taak, regio en beleidskeuze. Zo werkt Amsterdam met een andere rekenmodule dan bijvoorbeeld Haarlem of Utrecht (bron: VNG Richtlijnen Huishoudelijke Ondersteuning). Gebruikelijke voorzieningen, zoals een robotstofzuiger of hulp van familie, worden altijd meegenomen in de beslissing. In sommige gemeenten wordt gewerkt met het KPMG-normenkader Huishoudelijke Hulp of gebruikmaken van softwaretools als het cliëntvolgsysteem Valtes.
Persoonsgebonden budget (pgb) versus zorg in natura (ZIN)
Je kiest na je beschikking voor zorg in natura, geregeld door gecertificeerde thuiszorgorganisaties als De Zorgpilaar, of voor een pgb waarmee je zelf hulp kunt inkopen. In beide gevallen blijft het aantal uren vastgesteld volgens de gemeentelijke indicatie. Met een pgb mag je – binnen het toegekende budget – zelf afspraken maken over de inzet van uren én type ondersteuning.
Voorbeelden en situaties uit de praktijk
- Een alleenstaande senior met beperkte mobiliteit: Ontvangt gemiddeld 2 tot 3 uur huishoudelijke hulp per week voor schoonmaak en wasondersteuning.
- Een gezin met een ouder met chronische ziekte: Komt na het keukentafelgesprek vaak in aanmerking voor 4 tot 6 uur huishoudelijk hulp per week, mede afhankelijk van inzet van kinderen of partner.
- Flexibiliteit in uren-aanpassing: Mutaties van gezondheid of gezinssituatie leiden vaak tot een herindicatie en aanpassing van het aantal uren.
- Integratie met andere ondersteuningsvormen: Indicatie huishoudelijke hulp wordt regelmatig gecombineerd met begeleiding (zoals dagbesteding, mantelzorgondersteuning of persoonlijke verzorging).
Direct contact met gespecialiseerde hulp voor jouw Wmo-traject
Wil je weten wat er mogelijk is voor jouw situatie, of twijfel je over de eerlijkheid van jouw indicatie? Neem dan contact op met onze Wmo-experts van De Zorgpilaar voor meer informatie en persoonlijke begeleiding. Heb je interesse om direct jouw huishoudelijke hulp aan te vragen bij een flexibele en betrokken thuiszorgorganisatie, lees dan snel verder op onze pagina alles over het aanvragen van huishoudelijke hulp via de Wmo.
Meest gestelde vragen
1. Hoe bepaalt de gemeente hoeveel uur huishoudelijke hulp je via de Wmo krijgt?
De gemeente beoordeelt je persoonlijke situatie door middel van een zogenaamd keukentafelgesprek, zoals beschreven op Wikipedia, waarbij een Wmo-consulent kijkt naar wat je zelf nog kunt en waar je ondersteuning nodig hebt. Hierbij wordt onder andere gebruikgemaakt van landelijke richtlijnen, zoals die van Movisie en het Kwaliteitskader Wmo-hulp.
In Haarlem en Amsterdam gaat men extra nauwkeurig te werk door protocollen en zorg-indicaties te combineren met lokale factoren als netwerk, thuissituatie en type huishouden. Experts van De Zorgpilaar kunnen je tijdens dit proces begeleiden. Meer weten over zorg bij jou in de buurt? Bekijk bijvoorbeeld hoe wij helpen bij Thuiszorg in Amsterdam (lees meer).
2. Kun je zelf kiezen hoeveel uur huishoudelijke hulp je krijgt via de Wmo?
Nee, je bepaalt niet zelf het aantal uren. De Wmo-consulent hanteert een beoordelingsprotocol dat kijkt naar jouw specifieke beperkingen, het gebruik van hulpmiddelen en de inzet van mantelzorgers. De toekenning van uren wordt dus altijd afgestemd op je persoonlijke situatie, zoals uitgelegd door het CAK (Centraal Administratie Kantoor).
Wil je weten wat De Zorgpilaar voor jou kan betekenen in Haarlem? Check dan onze info over Thuiszorg in Haarlem (meer info) voor praktische voorbeelden uit jouw woonplaats of regio.
3. Wat kun je doen als je het niet eens bent met het aantal uren huishoudelijke hulp via de Wmo?
Als je het niet eens bent met het besluit van de gemeente, kun je bezwaar maken. Dit gaat volgens de officiële bezwaarprocedure van de Wet maatschappelijke ondersteuning, zoals te vinden op rijksoverheid.nl. Veel cliënten schakelen daarbij hulp in van een onafhankelijke cliëntondersteuner.
De Zorgpilaar helpt je graag bij het formuleren en indienen van bezwaar, met inzicht in je rechten en plichten binnen de Wmo-regeling. Wil je meer ervaringen lezen uit de regio? Bekijk dan onze dienst voor Thuiszorg in Hoofddorp (ontdek meer) en laat je inspireren.





